Als kind schreef ik al gedichten. Wat me dwars zat, waar ik vragen over had en vooral over die iemand die me helemaal zou kunnen begrijpen. Ik was bezig met het leven. Ik had als middelbare scholier een schriftje naast mijn huiswerk liggen. Daarin kon ik heel veel kwijt. Toen ik “groot” was geworden heb ik dat heel bewust verscheurd. Ik zou ze nu nog graag gelezen hebben.
Jouw koffer
ieder draagt haar eigen koffer
vol ervaring en wat leed
met dat bijzondere
dat wat ertoe deed
’n zakdoek voor de tranen
een stift voor brede lach
’n kam voor wapperende haren
een pon voor diepe rust
je koffer als je leven
alles van jou
dat zit erin
ook al wil iemand voor je dragen
’t blijft van jou alleen
In gedichten kan ik heel compact vertellen wat me boeit, wat me bezighoudt. Groot verdriet is daarbij een heel grote input gebleken, tevens was dat ook een fantastische uitlaatklep. In een paar zinnen zeggen wat je bedoelt.
Snap jij dat nou?
de wereld is gewoon maar doorgegaan
met lente, herfst en zomer maken
alsof wij nog samen kunnen praten
samen lachen, samen samen zijn
alleen jouw herinnering
zo dicht in mij
op eender welk moment
juist dat moment
een tikje, een vleug van jou
als ik zo’n auto zie
of iets dat ik voor jou zou kopen
gek, de wereld stond echt stil
was vol van jou
en mijn verdriet
de wereld is gewoon maar doorgegaan
snap jij dat nou?
Ook kleine verhaaltjes passen hierin. Mijn oma maakte heel dunne appeltaart van gistdeeg, heel dun gesneden appel met een klein laagje abrikozenjam. Alles was nog geen centimeter dik, maar het zure van de appel, het gedragen zijn daarvan door het dunne gistdeeg, ik proef het nu nog. Daarover schrijf ik ook. Die kleine verhaaltjes uit mijn jeugd blijken een houvast. Het hoeft dus niet alleen over diepe emoties te gaan. Misschien komt het er nog eens van, een klein boekje met verhaaltjes en gedichten… Hier nog een paar:
je bent een leuke meid
vrolijk van het leven
blijf vooral jezelf
“ik” kom je overal tegen
zelfs op het moeilijkst pad
blijft je “ik” bij jou
totdat je een keer kunt zeggen
“ik ben het leven”